De aankoop van een racefiets is een grote uitgave. Bepaal aan de hand van onderstaande punten welke racefiets bij jou past. Prijzen variëren van een paar honderd euro tot duizenden euro’s.
9 tips om te bepalen welke racefiets bij jou past
1. Bepaal eerst je budget en of je een nieuwe of tweedehands racefiets wilt
De veiligste optie is om een racefiets nieuw bij een dealer aan te schaffen. Dan weet je zeker dat er geen mankementen zijn, heb je garantie en wordt je fiets op maat afgemeten.
Mocht je een mooiere, betere fiets willen kopen en meer zekerheid hebben dat de fiets goed is kun je ook een occasion racefiets bij een fietsenwinkel kopen. Dit zijn normaal gesproken ook prima fietsen zonder mankementen.
Als je toch een ‘superfiets’ met goede specs voor weinig geld wilt kopen kun je particulier zoeken via MP bijvoorbeeld. Het voordeel is dat je dan een superfiets voor een lage prijs kunt kopen. Maar het nadeel hiervan is dat je niet altijd weet hoe iemand de fiets heeft gebruikt. Iemand die de fiets veel of juist nauwelijks goed heeft onderhouden. Valpartijen en in het geval van carbon kan er een scheurtje in het carbon zitten die je niet ziet en een reparatie daarvan kost honderden euro’s. Het maakt ook nogal een verschil als er door een wedstrijdrenner op is gefietst waardoor de fiets veel meer te lijden heeft dan bij een tourfietser. Helaas word je ook regelmatig opgelicht dat de wielen bijvoorbeeld bijna af zijn, een scheur in het carbon zit of allerlei onderdelen gelijk moeten worden vervangen.
Ik zou alleen particulier een tweedehands racefiets kopen als je veel verstand hebt van fietsen en weet waar je op moet letten zodat je later niet voor verrassingen komt te staan. AL blijft het een risico dat sommige dingen moeilijk/niet te zien zijn zoals een scheurtje in het carbon of als een zadel zakt is niet altijd gelijk waarneembaar. Let bijvoorbeeld op krasjes/scheurtjes in het frame/wielen, check de velgrand (als deze heel hol is, is het wiel bijna af), spaken, lopen de wielen mooi recht, zit er geen vervelende ’kraak’ in de fiets, check de onderdelen goed: kabels, remmen, tandwielen, kettingbladen, banden etc.
Voer ook sowieso een testrit uit en schakel veel als dat allemaal goed loopt. Check of er geen speling in de trapas zit.
Vraag ook naar de geschiedenis en onderhoud van de fiets. Zoals eerder gezegd heeft een fiets van een wedstrijdrenner véél meer te lijden dan van een toerfietser. Hetzelfde geld dat de staat van een racefiets die door een ‘mooi weer fietser’ is gebruikt stukken beter is dan iemand die ook in de regen en winter met pekel op de weg fietst.
2. Als je online een fiets koopt bepaal dan eerst wat je fietsmaat is.
Dit kun je doen door je binnenbeenlengte op te meten. 2/3e van de uitkomst is een benadering van je fietsmaat. Deze maat zegt niet alles. De geometrie per fiets verschilt ook van elkaar. Italiaanse fietsen zijn vaak meer geschikt voor mensen met lange benen en een kort bovenlijf en Amerikaanse fietsen voor mensen met korte benen en een lang bovenlichaam bijvoorbeeld.
Meestal kun je nog wel het e.e.a. aan de fiets versleutelen met een korte/lange stuurpen, stuur omlaag/omhoog en zadel naar voren/achter/omhoog.
3. Welk schakelsysteem is het beste?
Shimano, Campagnolo en SRAM zijn de 3 bekende merken op dit gebied. Binnen deze merken bestaan er verschillende types. Er zit weinig kwaliteitsverschil tussen deze drie merken.
Wielerzaken hebben over het algemeen de onderdelen van SRAM en Shimano meer op voorraad.
Het kwaliteitsverschil binnen de verschillende types zit in de langere levensduur, het lagere gewicht en een snellere reactie bij het schakelen. Binnen Shimano heb je oplopend Sora, Tiagra, 105, Ultegra en Dura-ace. Ultegra en Dura-ace hebben ook een variant in elektrisch schakelen, dit heet Di2. Dit werkt zeer prettig, maar kost een paar honderd euro extra. Voor beginners is Tiagra een prima schakelsysteem. Wanneer je als recreant meer dan 3-4.000 km per jaar fietst adviseer ik om voor de 105 groep te gaan. Als wedstrijdrenner kun je het beste voor Ultegra of Dura-ace gaan.
4. Wat voor wielen?
Wielen bestaan er in veel verschillende prijsklassen. Bij de verkoop van racefietsen wordt er vaak bespaard in de wielen die erin zitten. Het kan zeker zinvol zijn om een setje carbon wielen in je racefiets te zetten.
Met een setje carbon, aerodynamische wielen kun je zo 2-3 km/h harder fietsen t.o.v. een standaard wielsetje.
Goede carbon wielen met een hogere velg zijn aerodynamischer, lichter, stijver en kunnen de kracht die je levert beter overbrengen op de fiets. Daarnaast maken wielen de fiets. Met een setje carbon wielen ziet je fiets er gelijk een stuk gelikter uit. Wielen met een hoge velg zien er natuurlijk ook mooi uit. Nadeel hiervan is dat het intabieler is en je meer last van de wind hebt en gevaarlijk kan zijn als je in een groepje rijd.
Wanneer je de voordelen van de looks, aerodynamische voordelen wilt en niet aan rijcomfort (instabiliteit bij zijwind) wil inleveren adviseer ik je om te gaan voor wielen met een 50 mm hoge velg. De aerodynamische voordelen stijgen tot deze hoogte veel en worden niet veel groter na deze hoogte. En tot deze hoogte heb je nog niet heel veel last van zijwind/instabiliteit, terwijl dit vanaf 50/55 mm snel stijgt.
Als wedstrijdrenner zou ik 100% kiezen voor een carbon, aero wielsetje.
5. Wat voor frame?
Als je veel in de bergen en wedstrijden op hoog niveau fietst zou ik kiezen voor een full carbon frame. Deze zijn licht en stijf. Daarnaast ziet dit er ook mooi uit. Bij een aluminium frame zie je lasnaden, dit zie je niet op een carbon frame. Een carbon frame kan de kracht die je levert ook effectiever op de weg overbrengen.
Naast het materiaal van de frame zit er ook verschil in de geometrie/stijfheid van een frame.
Aerodunamische frames met mooie, brede buizen hebben een agressieve geometrie waarbij je dieper op de fiets zit. Deze frames zijn ook veel stijver. Voordeel hiervan is dat alle energie die je levert in voorwaartse snelheid gaat. Nadeel hiervan is dat dit minder comfortabel aanvoelt.
Daarnaast heb je frames met een normale, koers geometrie. Deze zijn iets minder stijf, comfortabeler.
Tot slot heb je de ‘Endurance’ frames. Hierbij zit je veel meer rechtop en zijn veel minder stijf en voelen comfortabeler aan – deze absorberen slecht wegdek veel beter. De keerzijde is dat er hierdoor meer kracht verloren gaat in de weg.
Als je veel rugklachten hebt kun je beter voor een Endurance frame gaan. Ga dan sowieso niet voor een aerodynamisch frame.
6. Koop een nieuwe fiets tussen oktober en januari
De ideale periode om een nieuwe racefiets te kopen is als het seizoen net afgelopen is, rond oktober dus. Oude racefietsmodellen worden met fikse kortingen aangeboden. En ook online besluiten veel mensen dan hun racefiets te verkopen en bieden deze dan vaak lager aan omdat het seizoen net afgelopen is.
7. Compact, een dubbel of een triple
Als je alleen in Nederland op het vlakke gaat fietsen volstaat een klassieke dubbel met een 52/39 of 53/39 tandbladen.
Als je regelmatig op vakantie gaat naar de bergen dan kun je het beste gaan voor een triple of een compact 34/50. Tegenwoordig worden de meeste fietsen ook met een compact 50/34 verkocht. Hier kun je ook prima 60+ mee fietsen in Nederland. Monteer een 11-32 of 11-34 cassette als je in de bergen gaat fietsen. Zelf gebruik ik 2 cassettes. In Nederland gebruik ik een 11-25 cassette en als ik de bergen in ga een 11-32.
8. Doe een testrit
Doe nog even een kort testritje nadat de fiets helemaal is afgesteld. Controleer of het schakelsysteem goed werkt, je geen rare geluiden hoort en het gevoel goed is.